Een reis door Nova Scotia voelt alsof de tijd even heeft stilgestaan. Geen haast, geen drukte – behalve misschien rondom de stad Halifax – maar vooral rust, ruimte en een bijzonder warme sfeer. De mensen maken graag een praatje, het verkeer is kalm en het landschap wisselt moeiteloos tussen ruige kusten, bossen en glooiende heuvels. Het is het soort bestemming waar u onderweg zomaar een onverwachte ontmoeting kunt hebben bij een vuurtoren, of zomaar een uurtje verdwaalt op een boerenmarkt met verse producten en handgemaakte snuisterijen. Dit heb ik ook zelf ervaren tijdens mijn recente rondreis door Nova Scotia.
Wat direct opvalt tijdens een rondreis Nova Scotia is de afwisseling in het landschap. Langs de kust liggen de iconische vuurtorens, de een nog fotogenieker dan de ander. Daarachter vindt u groene heuvels, uitgestrekte bossen en hier en daar een boerderij of slaperig dorpje. De charme zit in de details: een witgeverfd houten huis met bloembakken aan het raam, een schommelstoel op de veranda, een kerk met een ranke toren midden in het dorp.
De kustlijn is indrukwekkend – rotsachtig en ruig in het noorden, vriendelijk en zacht glooiend in het zuiden. Kies voor de kleinere kustwegen en u rijdt vaak letterlijk tussen het water aan de ene kant en houten huizen of vissershavens aan de andere kant. Het uitzicht verandert voortdurend en onderweg komt u regelmatig kreeftenfuiken tegen, hangend aan steigers of drijvend in het water. Het herinnert eraan dat visserij hier nog altijd een belangrijk onderdeel van het dagelijks leven is.
Wie van vis en schaaldieren houdt, zit hier goed. Kreeft is een lokale specialiteit en wordt in allerlei vormen geserveerd – van klassieke bereidingen tot een eenvoudig broodje kreeft, zoals u dat in Peggy’s Cove of Lunenburg kunt eten, met uitzicht op de haven. Ook mosselen, schelpdieren en verse vis staan overal op het menu, vaak geserveerd in knusse eettentjes waar u met uitzicht op zee kunt genieten van de dagvangst.
Naast vis en kreeft is er onderweg altijd wel een plekje te vinden voor een kop koffie met verse appeltaart, vaak bij een lokale bakker waar de geur van kaneel en versgebakken deeg u al bij de voordeur tegemoetkomt. Even struinen over een boerenmarkt, neuzen in een vintage winkeltje of een praatje maken met de winkeleigenaar: het hoort allemaal bij de charme van reizen door Nova Scotia.
Wat reizen in Nova Scotia bijzonder maakt, zijn de onverwachte momenten. U parkeert bij een kleine vuurtoren en nog voordat u de kans krijgt om een foto te maken, stapt er iemand naar buiten die enthousiast begint te vertellen over de geschiedenis van de plek. Vaak mag u dan ook binnenkijken en krijgt u verhalen te horen die nergens op papier staan. Het zijn juist die spontane ontmoetingen die u bijblijven.
De inwoners van Nova Scotia zijn trots op hun streek, maar bovenal vriendelijk en gastvrij. Ze nemen graag de tijd voor een gesprek en delen hun tips en verhalen met plezier. Daardoor voelt het al snel vertrouwd – alsof u niet op bezoek bent, maar even deel uitmaakt van het leven daar.
Wat opvalt tijdens een reis door Nova Scotia is dat de zee nooit ver weg is. Het eilandgevoel is sterk aanwezig, ook al is het schiereiland goed verbonden met het vasteland. De zee bepaalt hier het ritme van de dag: vissersboten varen uit bij zonsopgang, meeuwen zweven boven de haven en het getij laat zijn sporen na op de modderige oevers, waar vogels bij eb druk in de weer zijn met het zoeken naar voedsel.
De getijdenverschillen zijn groot in dit deel van Canada en goed zichtbaar langs de noordkust. Bij laag water veranderen baaien in vogelparadijzen, en bij vloed staat het water tot aan de kades. Het zorgt voor een dynamisch landschap dat nooit hetzelfde is.
Wie op zoek is naar rust en natuur vindt die in Kejimkujik National Park, een uitgestrekt bosrijk gebied met tientallen meren en rustige wandelpaden. Hier kunt u kanoën over spiegelgladde meren, omgeven door niets anders dan bomen en stilte. Het gevoel van ruimte en afzondering is precies wat velen zoeken in het Canadese binnenland.
De wandelroutes in het park variëren van korte wandelingen tot langere tochten, waarbij u onderweg kans heeft om vogels, bevers of zelfs een eland te spotten. In het voor- en najaar is het hier opvallend stil; een plek waar u zich echt even weg van de wereld waant.
Nova Scotia is een bestemming die elk seizoen op een andere manier tot zijn recht komt. Ik reisde zelf in de herfst, een prima reisperiode. In de herfst kleuren de bossen intens rood, oranje en geel – een prachtig schouwspel dat nog mooier wordt wanneer de zon laag staat. Overdag kan het nog aangenaam warm zijn, terwijl de avonden uitnodigen tot een knapperend haardvuur in een knusse lodge.
In het voorjaar bloeien de lupines in de bermen, soms kilometers lang, en voelt het alsof de natuur langzaam ontwaakt uit haar winterslaap. De lucht is fris, het licht helder, en de dorpen bereiden zich voor op het nieuwe seizoen.
Nova Scotia kunt u het best bezoeken tussen half mei en half oktober. In het voorjaar staat alles in bloei, de temperatuur is aangenaam en de natuur is frisgroen. In de zomer is het aangenaam warm met lange dagen, ideaal voor wandelingen, boottochten en het ontdekken van de kustplaatsen. De herfst is zonder twijfel het kleurrijkste seizoen, met prachtige herfstkleuren, heldere luchten en een aangename rust.